De kaders en doelstellingen binnen mijn cursus staan in dienst van het onderwijs dat ik wil aanbieden. Dat wil zeggen dat ik ze wil gebruiken als steun en motivatie en niet als absolute begrenzing.
Inhoud lessen en doel
De lessen zijn gericht op het ontwikkelen van kritische, kunstbeschouwelijke kwaliteiten en het toepassen van deze in het dagelijks leven. Zodat de cursist flexibeler kan reflecteren op wat hij/zij zit aan kunstuitingen en/of actuele gebeurtenissen. daarnaast Meer mogelijkheden kan zien in het analyseren van zijn/haar visie over dit dat onderwerp. Hierbij is het belangrijk dat de cursist leert,
Receptief:- Vanuit verschillende filosofische
manieren naar kunst kijken
- Vanuit diverse filosofische
perspectieven een kunstwerk op
verschillende manieren interpreteren.
- Hoe er verbinding kan worden gemaakt met
actualiteit
- Hoe beeldelementen invloed hebben op de
interpretatie en betekenis.
Productief:
- Ontdekken hoe verbindingen tot stand komen
door letterlijke kunst, actualiteit en
filosofie als mindmap met elkaar verbinden.
- Zichzelf open te stellen, door ideeën fysiek
en met humor te tonen
- Beeldelementen ervaren door ze zelf te
maken
- Ontdekken wat zijn/haar eigen visie inhoud
is door keuze oefeningen te doen.
- Ideeën, zienswijze en ervaringen van de ander
te onderzoeken door socratische vragen te
stellen
- Samen te werken door groepsopdrachten.
- Debatteren door te reageren op prikkelende
stellingen
Reflectief:
- De onderbouwing van zijn/haar visie kan
toetsen door anderen er op te laten reageren
- Benoemen hoe beeld elementen zijn/haar
visie beïnvloeden ten opzichte van het
kunstwerk
- Laten zien, beschrijven of vertellen op
welke manieren je naar kunst kunt kijken
- Ontdekken hoe verbindingen tot stand komen
door letterlijke kunst, actualiteit en
filosofie als mindmap met elkaar verbinden.
- Zichzelf open te stellen, door ideeën fysiek
en met humor te tonen
- Beeldelementen ervaren door ze zelf te
maken
- Ontdekken wat zijn/haar eigen visie inhoud
is door keuze oefeningen te doen.
- Ideeën, zienswijze en ervaringen van de ander
te onderzoeken door socratische vragen te
stellen
- Samen te werken door groepsopdrachten.
- Debatteren door te reageren op prikkelende
stellingen
Reflectief:
- De onderbouwing van zijn/haar visie kan
toetsen door anderen er op te laten reageren
- Benoemen hoe beeld elementen zijn/haar
visie beïnvloeden ten opzichte van het
kunstwerk
- Laten zien, beschrijven of vertellen op
welke manieren je naar kunst kunt kijken
De verschillende lessen zullen in groepsverband worden gegeven. Hierbij zal de cursist actief zal leren van zichzelf, van cursusgenoten en van de informatie over actuele kunstenaars die hem/haar door de docent worden getoond. Met speelse werkvormen zal hij/zij ontdekken hoe je op verschillende manieren naar kunst kunt kijken en hoe je daar een onderbouwde mening over kunt hebben.
Niveau bepaling
Niveaus zijn gebaseerd op de mate waarop de cursist beeldelementen kan herkennen en deze kan koppelen aan betekenis of filosofische interpretatie. Daarnaast word er gekeken naar de mate van het kunnen vormen van een onderbouwde eigen mening.
Om te kunnen bepalen of een cursist op niveau 1,2 of 3 begint, zal hij/zij worden getoetst op,
- Kennis van hedendaagse kunst en
kunstenaars.
- Het kunnen signaleren van beeld aspecten.
- Het kunnen benoemen van interessante
filosofen en de interesse kunnen
beargumenteren.
- De mate van divergerend kunnen denken.
Niveau 1
Wanneer er gemiddeld op deze punten minimaal word gescoord dan
begint de cursist op niveau 1
Bij niveau 1 licht de nadruk op het kennis maken met kunstenaars
en de kaders binnen de filosofische perspectieven. Met nieuwe kennis
onderzoeken ze nieuwe en zo veel mogelijk mogelijkheden om hun eigen visie te
ontwikkelen.
Niveau 2
Wanneer er gemiddeld
redelijk word geschoord op bovenstaande punten. Dan heeft de cursist al een
redelijke basis kennis en mag deze starten in niveau 2
Bij niveau 2 licht
de nadruk meer op het verbinden van de verschillende gebieden. Cursisten leren
op verschillende manieren hoe er relaties kunnen worden gelegd en hoe deze hun
visie beïnvloeden. Ze leren over verschillende kunstenaar en filosofen binnen
de filosofische perspectieven en passen opgedane kennis toe in speelse
werkvormen.
Niveau 3
Wanneer er gemiddeld
goed word geschoord op de eerder beschreven punten. Dan heeft de cursist veel kennis
en zal deze de kennis gemakkelijk op verschillende manieren kunnen inzetten.
Bij niveau 3 licht
de nadruk op het op verschillende manieren inzetten van de filosofische
perspectieven en deze verwerken in de benadering van kunst en actualiteit.
Verschillende visies van zowel kunstenaar, filosofen als die van de cursisten
zelf zullen onder de loep worden genomen en worden geanalyseerd. Hierdoor
verscherpt de cursist zijn/haar visie en weet deze op een flexibele manier te
gebruiken.
Lesonderdelen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten